Sint Ignatiuscollege, Amsterdam

In herinnering wat zij tot stand bracht

Fons- en Igkoor op weg (1965)

Het koor ging veranderen. Niet alleen werd het in de jaren na 1964 een gemengd koor, met aanvulling van meisjes van Fons Vitæ, zodat het koor verder door het leven ging als het Fons- en Igkoor, maar ook gebeurde er in 1964  iets waarvan Bernard Huijbers tot aan zijn dood is blijven roepen tegen wie het horen wilde of niet, dat (Leo)Nard Loonen* het was die dat heeft veroorzaakt.

Nard:

hvb2"Het geviel op een dag dat ik werd benaderd door een aalmoezenier die onder andere diensten verzorgde in de Huizen van Bewaring bij het Haarlemmermeerstation en aan het Kleine Gartmanplantsoen, met de vraag of wij niet met een paar man op een zondag bij zo’n dienst wilden komen zingen. Mij leek dat wel wat, maar ik zag vooralsnog geen mogelijkheid tot praktische uitvoering. Ik zat, mijn denken zat zo ingesloten binnen de IG-muren dat ik elke uitbraak voelde als een vergrijp en regelrecht verraad. Maar het avontuur lonkte en ik pleegde in ‘t geniep overleg met Eddy Poelmann, die twee klassen onder mij zat en ook heel actief was binnen het koor(later zelfs Voorzitter). Ook benaderde ik Thom Jansen en Theo Spook die als organisten al geruime tijd hun sporen hadden verdiend bij de diverse liturgievieringen. Tijd hadden we wel, op zondag:  Met nog een aantal (wie?) ontstond er zo een uiterst subversief groepje dat de klus wel aandurfde, al was het daarna hard fietsen om te voetballen bij RKAVIC. 

Nog één horde was er te nemen: hoe kwamen we aan zangbundels voor het koor en het volk in de kerk? Hoe ik het heb gedurfd, snap ik nog steeds niet, maar tientallen keren ben ik op een vrijdag of zaterdag het patershuis binnengeslopen en heb de benodigde bundels en partituren tijdelijk gejat, ervoor zorgend dat ze zondagavond of maandagochtend heel vroeg weer keurig op hun plek terug lagen. Nooit betrapt.
Die diensten in het HvB waren ervaringen op zich. We stonden, veilig afgezonderd van al die voorlopig vastzittende criminelen (in mijn herinnering voor 95% donker gekleurden, maar pin me er niet op vast), met een man of 8 tot 12, een organist en ik als dirigent ons repertoire ten gehore te brengen. Echte volkszang werd het niet, maar, zo vertrouwde de aalmoezenier ons herhaaldelijk toe, die gedetineerden waren o zo blij dat ze op zondag even extra uit hun cel konden om naar de mis te gaan.

Na verloop van enige maanden kreeg ik het toch wel te benauwd: dit móest een keer uitkomen en dan had ik het allemaal op mijn geweten. Er waren intussen al zo veel Ignatianen bij dit ongepermitteerde gedoe betrokken, dat ik het ergste begon te vrezen. En zoals een kind loert op het geschiktste moment om van zijn ouders een ijsje los te weten te peuteren, stapte ik op een dag de kamer van Bernard Huijbers binnen, trok mijn humbleste gezicht (dat woord had ik goddank onthouden!) en biechtte schuldbewust het hele verhaal op.

Zijn pijp viel uit zijn mond van verbazing. En waar ik er toch ernstig rekening mee had gehouden dat ik nu standrechtelijk onthoofd, ontmand of op z’n minst van school getrapt zou worden, deelde hij mij welhaast extatisch mee dat dit het beste was wat de volkstaalliturgie in deze tijd kon gebruiken: weg van het IG, de muren gesloopt, de wijde wereld in. Hij ging in datzelfde gesprek zelfs zo ver, dat hij mij bijna bedeesd vroeg of hij er ook een keer bij mocht zijn – dan mocht ik nog wel blijven dirigeren.

aquinokerk2Maar wel is het zo dat toen in rap tempo de hele beweging in groter formaat zich ging verplaatsen naar de Thomaskerk (Rijnstraat) en niet veel later, met de geestdriftige medewerking van Wim Tepe, naar de Dominicuskerk aan de Spuistraat. Daar kun je, meen ik, nu nog steeds terecht om te horen wat al schoons er uit dit penitentiair uitbraakje is ontsproten.
Een van de, door Nard niet-herinnerde jochies (Jan Pieter) trad in het jaar 1968  weer toe tot de rijen van het Fons- en IG koor, niet in de laatste plaats omdat de sopranen en alten grotendeels uit jongedames bestonden. Menig koorpaartje is ook later samen het levenspad in gegaan, weinigen zullen het ook samen voltooien. Ofschoon ook nog de Thomas van Aquino in de Rijnstraat werd ondersteund, waar zich rond Henri Heuvelmans een "nieuw" koor ontwikkelde, concentreerde de aandacht zich op De Dominicus.


Olv Bernard Huijbers en Philip Engelen met op toetsen Hans de Bont, Kees de Wijs en Tom Jansen ontwikkelde zich een gemeenschap rondom het koor. Andere muzikale talenten zouden zich ontwikkelen uit dit koor zoals Tom Löwenthal, Marcel Moester en Henri de Berk.

De Dom bleek de plaats te zijn waar voor katholiek nederland doorbrekende initiatieven werden genomen, dingen die tot dat moment ongedacht waren binnen de RKK. Volkstaalliturgie, koor in de gemeente, altaar centraal, lekenvoorgangers, gehuwde pastores, kinder nevendiensten, kerstelijk openhuis, boekentafel, napraten met koffie, teamgewijze aanpak van de liturgie en toespraken. Dit waren allemaal initiatieven waar het koor nadrukkelijk invloed had. Koorleden die daarin toegerust waren, werden lid van het Team, denken we hierbij aan Gerard Driehuis en Ger Groot. 
Tot 1970 bleef de band met het Ig nog sterk aanwezig, oefenen en nakaarten vonden nog steeds plaats in het muzieklokaal, de Kapel en de kamers van Bernard in het paterhuis aan de Hobbemakade. Dit maakte dat Bernard op zijn brommer met dikke fietstassen de koorboeken wekelijks naar de Spuistraat en terug vervoerde. 

Verspreiding van de leer
In samenwerking met de koren van de Studenteneclesia werden talrijke initiatieven ontplooid om de nieuwe liturgie met Oosterhuis en Huijbers aan de basis te verspreiden. Boeken met gedichten en berijmingen van Oosterhuis werden gepubliceerd terwijl de muziek via platen en televisie werd gepromoot.

Jan Nieuwenhuis: "Ik weet wel dat in die tijd Bernard Huijbers aan de deur klopte, dirigent van een jong koor. Zij wilden graag bij ons komen zingen, op voorwaarde dat ze invloed kregen in de liturgie. Een godsgeschenk. Zat je met zestien-, zeventienjarigen aan tafel de viering door te spreken en bijbelteksten te becommentariëren.”

Export en vertalingen van de nieuwe liturgie naar de V.S. en Duitsland kwamen ook m.m.v. leden van het koor tot stand.

10zijnliefdezwart2Zijn-liefde-gaat-300x300

De eerste LP "Zijn liefde gaat van mond tot mond" was nog een Ignatiuskoor affaire:
In 1965 mochten we op Philips een heuse lp opnemen, met de basis liederen van de nieuwe volkstaal liturgie, oorspronkelijk een zwarte hoes (Philips) -Mono- met de brandschilderde ramen van de Ignatius kapel, later een witte (Fontana) -stereo-.

3Plaatopname koor Ignatius College juni 1965 klein 300x194

Overigens werd de LP Open uw hart als laatste in de kapel opgenomen, met Charles van Leeuwen, Henri de Berk op drums, Peter Leek en Ruud de Bruyn op gitaar.
Later werden live opnames gemaakt in de Dom iedere zondag met als opname- leiders Peter van Velzen,Wil Steen en Huib Nelissen.

In 1968, ter gelegenheid van de geboorte van Prins Friso, ging het koor in de rol van volk, ter ondersteuning van het kinderkoor van Paula van Alphen naar Hilversum voor het singletje Ergens komt een kind vandaan. Het orkest stond onder leiding van Jack Bulterman.

ikor2

Begin zeventiger jaren ook verzamelde Bernard Huijbers een aantal jongelingen om zich heen samenwonend in de Valeriusstraat, een variant op de Hobbemakade? De spirituele inspiratie was waarneembaar het netwerk van helpenden ontstond, leuke anekdotes zullen nog te verhalen zijn.
Uiteraard werd er gezocht naar een, in de lijn van de Dominicus, koers te handhaven motivatie bij de koorleden. Hiertoe, gefinancierd door de Dominicus gemeente, werden koor-motivatie-weekends gehouden in Uddel , Texel e.d. 


In 1973 werden we uitgenodigd om in Assendelft op autoloze zondag voor het IKOR een 6 tal Vespers te doen regie en productie Leoni Schrederhoff en Eric de Vries. Voor het koor en leden een leuke bijverdienste, waarbij onze audiojongens zich ook tegen de kwaliteit van het televisie geluid mochten aanbemoeien.
Gelijk eerder voor het HvB werd georganiseerd werd rouwen en trouwen  vaak begeleid door het koor. We hebben zo een beetje alle kerken in Amsterdam hiertoe bezocht, zelfs een trouwdienst in Alkmaar werd gedaan. Rouwen voor school- koor en leeftijdgenoten was toch wel de moeilijke kant van koorbestaan.